• klar·te
Naar frequentie 678

klarte

  1. bepaald enkelvoud stellende trap van klart

klarte

  1. meervoud stellende trap van klart

klarte

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van klare


  • klar·te

klarte

  1. bepaald enkelvoud stellende trap van klart

klarte

  1. meervoud stellende trap van klart

klarte

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van klare