• klad·de·ra·datsch

de kladderadatschv / m

  1. (politiek) (maatschappij) plotselinge maatschappelijke verstoring en/of ineenstorting, waarbij de gebruikelijke normen en waarden veelal niet meer gelden
     Nu het angstige jaar 2017 halverwege is en we verkiezingen in Nederland en Frankrijk hebben gehad, terwijl Duitsland lijkt af te koersen op een onspectaculaire uitkomst in september, is duidelijk dat de grote populistische kladderadatsch is afgewend, in elk geval voorlopig.[1]
  2. (economie) plotselinge en zware economische terugval
    • Een financiële kladderadatsch. 
  1.   “Wil de EU van 2017 een keerpunt maken, dan zal de olifant eraan moeten” (17 mei 2017), Trouw