Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·drive
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerstdrive kerstdrives
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kerstdrivem

  1. (kerst) een gezellige en feestelijke bijeenkomst in de kerstperiode
    • Op 23 december hield de bridgeclub haar jaarlijkse kerstdrive.