kelen
- ke·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
kelen |
keelde |
gekeeld |
zwak -d | volledig |
kelen
- overgankelijk (militair) iemand doden door het afsnijden van de keel
- Met een snelle haal van zijn mes keelde hij zijn vijand.
de kelen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord keel
- Het woord kelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kelen" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be