Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·lei·en
Woordherkomst en -opbouw
  • denominatieve afleiding van kalei

Werkwoord

kaleien

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
kaleien
kaleide
gekaleid
zwak -d volledig
  1. overgankelijk (bouwkunde) verven van een gevel met kalei
     In dit geval werd hydraulische kalk gebruikt. Daarna werd de hellende molenromp gekaleid.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Koen van Balen, Bert van Bommel, Rob van Hees, Michiel van Hunen, Jeroen van Rhijn, Matth van Rooden
    “Kalkboek. Het gebruik van kalk als bindmiddel voor metsel- en voegmortels in verleden en heden” (2003)