Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kal wa·cho·mer
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

kal wachomer

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) des te meer, laat staan, a fortiori (gebruikt ter inleiding van een logische conclusie)

Zelfstandig naamwoord

het kal wachomero

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) redenering dat het gevolg van een minder ernstige oorzaak zeker van toepassing is op een oorzaak die zwaarwegender is

Gangbaarheid

Verwijzingen