kakadoris
- ka·ka·do·ris
- Sinds de 16e eeuw. De afkomst is onzeker.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kakadoris | kakadorissen |
verkleinwoord | kakadorisje | kakadorisjes |
de kakadoris m
- een marktventer of kwakzalver
- Dat heb je zeker van zo'n kakadoris gekocht?
- Het woord kakadoris staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kakadoris" herkend door:
35 % | van de Nederlanders; |
28 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be