Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /kaːr̝ɛ/
Woordafbreking
  • ká·ře

Zelfstandig naamwoord

káře

  1. datief enkelvoud van kára
  2. locatief enkelvoud van kára

Werkwoord

káře

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord kárat
Synoniemen