isolatieruimte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- iso·la·tie·ruim·te
Woordherkomst en -opbouw
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | isolatieruimte | isolatieruimten isolatieruimtes |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de isolatieruimte v
- (medisch) een ruimte in een ziekenhuis waar iemand met een besmettelijke ziekte geïsoleerd kan worden
- Ieder ziekenhuis dient een isolatieruimte te hebben om mensen met infectieziektes te kunnen behandelen.