instappertje
- in·stap·per·tje
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | instapper | instappers |
verkleinwoord | instappertje | instappertjes |
het instappertje o dim. tant.
- een kind dat voor het eerst naar school gaat of zal gaan.
- Er waren in Antwerpen te weinig plaatsen voor ieder instappertje.
het instappertje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord instapper
- Het woord instappertje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.