hielpt
- hielpt
vervoeging van |
---|
helpen |
hielpt
- gij-vorm verleden tijd van helpen
- Gij hielpt.
- ▸ Dit land was het toneel van een aangrijpend drama: datgene waarmee een volk ziet, waarmee het denkt, zijn taal, lag onderdrukt, versmacht. Maar gij hielpt de boodschap van uw meester Guido Gezelle verspreiden: uw wijsheid was, het Vlaamse wezen met het Vlaamse woord uit U te laten bloeien, natuurlijk en volmaakt, zodat allen zagen dat het schoon was, en hun eigen schoonheid ontdekten, (…)[1]
- Het woord 'hielpt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Hugo Verriest (1913) in: August Vermeylen (red. Herman Teirlinck e.a.)Verzameld werk. Deel 4. (1955), Uitgeversmaatschappij A. Manteau, Brussel, p.803/804