• her·plant
  • vervoeging van herplanten: de stam zonder -t omdat de stam al op -t eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
herplannen

herplant

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herplannen
    • Jij herplant. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herplannen
    • Hij herplant. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van herplannen
    • Herplant! 
vervoeging van
herplanten

herplant

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van herplanten
  2. gebiedende wijs van herplanten
vervoeging van: herplanten…
verbogen vorm: herplante

herplant

  1. voltooid deelwoord van herplanten
90 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be