heraanleggen
- her·aan·leg·gen
heraanleggen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
heraanleggen |
heraangelegd | |
zwak -d | volledig |
- opnieuw bouwen van een horizontale structuur zoals bijvoorbeeld een tuin of weg; opnieuw aanbrengen
- ▸ Het ontwerpteam dat de Grote Markt van Sint-Niklaas mag heraanleggen is bekend. Het bureau kon de stad overtuigen met een erg groen ontwerp. ‘Het wordt een stadstuin met voldoende ruimte voor evenementen.’[1]
- Het woord heraanleggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Tom Nuytemans“Grote Markt in Sint-Niklaas wordt pak groener” (23/06/2020), De Standaard