• her·aan·leg·gen

heraanleggen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
heraanleggen

heraangelegd
zwak -d volledig
  1. opnieuw bouwen van een horizontale structuur zoals bijvoorbeeld een tuin of weg; opnieuw aanbrengen
     Het ontwerpteam dat de Grote Markt van Sint-Niklaas mag heraanleggen is bekend. Het bureau kon de stad overtuigen met een erg groen ontwerp. ‘Het wordt een stadstuin met voldoende ruimte voor evenementen.’[1]
  1.   Weblink bron
    Tom Nuytemans
    “Grote Markt in Sint-Niklaas wordt pak groener” (23/06/2020), De Standaard