Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hand·bor·stel·tje

Zelfstandig naamwoord

het handborsteltjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord handborstel
    • Kan je mij het handborsteltje even geven? Er ligt hier ineens allemaal zand.