halteren
- hal·te·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
halteren |
halteerde |
gehalteerd |
zwak -d | volledig |
halteren
- inergatief, (verkeer) het stoppen van een bus, trein, metro of tram bij een halte of op een station.
- De bussen halteren ieder half uur bij de bushalte.
- Het woord halteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.