• haal·den om·laag

uit haalden (werkwoord) en omlaag, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

vervoeging van
omlaaghalen

haalden (...) omlaag

  1. meervoud verleden tijd van omlaaghalen
    • Wij haalden omlaag. 
    • Jullie haalden omlaag. 
    • Zij haalden omlaag.