• IPA: /ɡʁɔsɛs/
  • Afgeleid van gros met het achtervoegsel -esse, aangetroffen vanaf de 12e eeuw, in de huidige betekenis, sinds de 13e eeuw. [1]
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  grossesse     la grossesse     grossesses     les grossesses  

grossesse v

  1. (verouderd) forsheid, dikte
  2. (medisch) zwangerschap
  1.   Weblink bron grossesse in: Dictionnaire de l’Académie française, 9e édition op dictionnaire-academie.fr