• gra·veert in
vervoeging van
ingraveren

graveert (...) in

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingraveren
    • Jij graveert in. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingraveren
    • Hij graveert in. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ingraveren
    • Graveert in!