goedenmiddag
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: goedenmiddag (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɣudə(n)ˈmɪdɑx / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- goe·den·mid·dag
Woordherkomst en -opbouw
- accusatief van een goede middag: eenen goeden middag
Tussenwerpsel
goedenmiddag
- verouderde spelling of vorm van goedemiddag tot 1935/46
- ▸ Met een buiging neemt hij de hoed af. ‘Goedenmiddag. Ah bent u - ben je daar zelf?’[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'goedenmiddag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Naakte waarheid.” (1932), Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam, p. 616