• ge·tor·pe·deerd
stellend
onverbogen getorpedeerd
verbogen getorpedeerde

getorpedeerd

  1. tot mislukken gebracht
    • Het getorpedeerde plan werd niet meer uitgevoerd. 
     ‘Obama was een weifelende president, zelden een man van ferme beslissingen. Maar sommige voorstellen zijn uiteindelijk getorpedeerd door de regering-Trump.’[1]
vervoeging van: torpederen…
verbogen vorm: getorpedeerde

getorpedeerd

  1. voltooid deelwoord van torpederen
  1.   Weblink bron
    Theo Koelé
    “De maat is vol, Obama keert zich tegen zijn opvolger Trump” (4 juni 2020), de Volkskrant