gesjalet
- ge·sja·let
- Herkomst: Jiddisj [1]
- vervoeging van sjaleten: de stam met omvoegsel ge- -t, zonder -t omdat de stam al op -t eindigt
vervoeging van: | sjaleten… |
geen verbogen vorm |
gesjalet
- voltooid deelwoord van sjaleten
vervoeging van: | sjaleten… |
geen verbogen vorm |
gesjalet