• ge·raak·te

geraakte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van geraakt
vervoeging van
geraken

geraakte

  1. enkelvoud verleden tijd van geraken
    • Ik geraakte. 
    • Jij geraakte. 
    • Hij, zij, het geraakte. 
  2. verbogen vorm van geraakt, voltooid deelwoord van geraken
vervoeging van: raken…
verbogen vorm: geraaktee

geraakte

  1. verbogen vorm van geraakt, voltooid deelwoord van raken