gemar tov
- ge·mar tov
- van Hebreeuws גְּמַר טוֹב tw (gemar tov), (verkorting) van gemar chatima tova [1]
gemar tov
- (Jiddisch-Hebreeuws) een goede afsluiting! (namelijk bij de bezegeling van het ingeschreven worden in het boek des levens; wens tussen Jom Kipoer en Hosjana Raba)