gelijkgestemdheid
- ge·lijk·ge·stemd·heid
- afleiding van gelijkgestemd met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gelijkgestemdheid | |
verkleinwoord |
de gelijkgestemdheid v
- het een overeenkomstige mening hebben
- ▸ Opvallend is de gelijkgestemdheid onder kiezers. De achterbannen van alle partijen, alle leeftijdscategorieën en alle opleidingsniveaus zijn in ruime meerderheid voor versoepelingen. Wel willen aanhangers van onder meer PVV en FvD vaker alle maatregelen loslaten, terwijl mensen die stemmen op de coalitiepartijen (VVD, D66, CDA en ChristenUnie) of PvdA en GroenLinks vaker kiezen voor versoepelingen.[1]
- ▸ De gelijkgestemdheid is opvallend in het anders zo verdeelde Amerikaanse Congres. Toch is de kans groot dat president Obama een veto zal gebruiken om de wet tegen te houden. Hij is bang dat de relatie met Saudi-Arabië zal verslechteren en vreest bovendien klachten van andere landen tegen de VS.[2]
- ▸ Als een flashmob bewegen ze zich door de straten van Sarajevo. Ze blokkeren een doorgaande weg, duiken op voor het politiebureau, verdwijnen richting de rechtbank. Verenigd in woede, maar daar houdt de gelijkgestemdheid op.[3]
- Het woord gelijkgestemdheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Met versoepelingen in zicht weer meer steun voor coronabeleid van kabinet” (Dinsdag 15 februari 2022, 06:02), NOS
- ↑ Weblink bron “9/11-wet unaniem aangenomen, maar Obama's veto dreigt” (Zaterdag 10 september 2016, 04:29), NOS
- ↑ Weblink bron Joost van Egmond“Bosniërs verenigd in boosheid” (Zondag 9 februari 2014, 20:13), NOS