gedenkt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·denkt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gedenken |
gedenkt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gedenken
- Jij gedenkt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gedenken
- Hij gedenkt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gedenken
- Gedenkt!
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·denkt
Woordherkomst en -opbouw
- Pennsylvania-Duitse werkwoordsvorm met het voorvoegsel ge-
Werkwoord
gedenkt
- zwakke verbuiging voltooid (verleden) deelwoord van denke
Werkwoord
hab gedenkt
- zwakke verbuiging eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van denke
- «Ich hab gedenkt, ass sell wunnerbaar waar.»
- Ik heb gedacht dat het heerlijk was.
- «Ich hab gedenkt, ass sell wunnerbaar waar.»