geïnterviewde
- ge·in·ter·view·de
vervoeging van: | interviewen… |
geïnterviewde
- verbogen vorm van geïnterviewd, voltooid deelwoord van interviewen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geïnterviewde | geïnterviewden |
verkleinwoord |
- iemand die als ondervraagde deelneemt aan een vraaggesprek
- ▸ Meestal gaat zo’n mogelijk onderzoek over de snelheid waarmee, of waarin, mijn brein werkt. Hoe het kan dat ik vaak voor het einde van de zin van de geïnterviewde of iemand uit het publiek die me van repliek durfde te voorzien, een reactie klaar heb, die vaak gepast is, inhoudelijk, scherp zelfs en in uitzonderlijke gevallen ook nog eens (en ik ga nu een wetenschappelijke comedyterm gebruiken) tyfusgrappig.[1]
- Het woord geïnterviewde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Jim Jansen en Dolf Jansen“Als we wisten wat we deden, heette het geen onderzoek: 26 interviews en 26 columns” (13 november 2023), NewScientist