gaf leiding

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gaf leiding    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈɣɑf ˈlɛidɪŋ / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• gaf lei·ding

Woordherkomst en -opbouw

• uit gaf (werkwoord) en leiding (zelfstandig naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
leidinggeven

gaf (…) leiding

1. enkelvoud verleden tijd van leidinggeven
   

   • Ik gaf leiding. 
     
   • Jij gaf leiding. 
     
   • Hij, zij, het gaf leiding. 

Gangbaarheid

• Het woord gaf leiding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.