Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fo·no·scoop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fonoscoop fonoscopen
verkleinwoord fonoscoopje fonoscoopjes

Zelfstandig naamwoord

de fonoscoopm

  1. instrument voor het waarnemen van geluiden

Gangbaarheid