Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fa·shi·o·rexia
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord fashiorexia
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de fashiorexiav

  1. het zoveel geld uitgeven aan modeartikelen dat er geen geld meer is voor voldoende voeding

Gangbaarheid