einhundertsiebenunddreißig

       
0 1 3 7
einhundertsiebenunddreißig,
op een abacus
  • ein·hun·dert·sie·ben·und·drei·ßig

einhundertsiebenunddreißig

  1. eenhonderdzevenendertig, het getal 137
  • De vorm met "einhundert" wordt vooral gebruikt als verwarring met andere hondervouden mogelijk is.