dronen
- dro·nen
dronen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
dronen |
droonde |
gedroond |
zwak -d | volledig |
- bombarderen met behulp van een klein onbemand vliegtuig
- besturen van een klein onbemand vliegtuigje
- Het woord 'dronen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.