drache
- IPA: /dʁaʃ/
- dra·che
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
drache | la drache | draches | les draches |
drache v
- (België), (informeel) stortbui
- «Quelle drache! Mets ton manteau pour sortir.»
- Wat een stortbui! Doe je jas aan als je naar buiten gaat.
- «Quelle drache! Mets ton manteau pour sortir.»
drache nationale
- spottende benaming voor de hevige regen die bijna elk jaar op 21 juli, de Belgische nationale feestdag, valt