draadmanden
- Geluid: draadmanden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdratmɑndə(n) / (3 lettergrepen)
- draad·man·den
- draadmand met uitgang -en, waarbij de slotmedeklinker weer stemhebbend wordt
de draadmanden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord draadmand
- ▸ In de vensterbank liggen honderden biologische piepers in grote metalen draadmanden uitgestald.[1]
- Het woord 'draadmanden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Stéphanie Versteeg“Haute friture” (10 oktober 2014) op nrc.nl