doorsneden
- Geluid: dóórsneden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdorsnedə(n) / (3 lettergrepen)
- Geluid: doorsnéden (hulp, bestand)
- IPA: / dorˈsnedə(n) / (3 lettergrepen)
- door·sne·den
- vervoeging van doorsnijden: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛi/ - /e/)
de dóórsneden mv
vervoeging van |
---|
doorsnijden |
dóórsneden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van doorsnijden
- ...dat wij doorsneden.
- ...dat jullie doorsneden.
- ...dat zij doorsneden.
- ...dat wij doorsneden.
vervoeging van |
---|
doorsnijden |
doorsnéden
- meervoud verleden tijd van doorsnijden
- Wij doorsneden.
- Jullie doorsneden.
- Zij doorsneden.
- Wij doorsneden.
- voltooid deelwoord van doorsnijden
- [1] sneden door
- [2] doorgesneden
- Het woord doorsneden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.