Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doopt

Werkwoord

vervoeging van
dopen

doopt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dopen
    • Jij doopt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dopen
    • Hij doopt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dopen
    • Doopt!