• deux-che·vaux
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘type personenauto’ voor het eerst aangetroffen in 1979 [1]
  • Van de merknaam Citroën 2CV, de afkorting staat voor Deux Chevaux Vapeur, wat twee paardenkracht betekent
enkelvoud meervoud
naamwoord deux-chevaux deux-chevauxs
verkleinwoord deux-chevauxtje deux-chevauxtjes

de deux-chevauxv / m

  1. een buitengewoon vormgegeven, hoog op zijn wielen staande auto van de Franse autofabrikant Citroën
    • De deux-chevaux werd door het Nederlandse publiek omgedoopt tot 'lelijk eendje'.