demand
- Geluid: demand (VS) (hulp, bestand)
enkelvoud | meervoud |
---|---|
demand | demands |
demand
- eis
- «His demands were outrageous.»
- Zijn eisen waren buitensporig.
- «His demands were outrageous.»
- navraag, vraag
- «This is delivered on demand.»
- Dit wordt op navraag aangeleverd.
- «This is delivered on demand.»
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to demand |
he/she/it | demands |
verleden tijd | demanded |
voltooid deelwoord |
demanded |
onvoltooid deelwoord |
demanding |
gebiedende wijs | demand |
demand
- eisen
- «He demanded compensation.»
- Hij eiste schadeloosstelling.
- «He demanded compensation.»