Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • da·ta·jour·na·list
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord datajournalist datajournalisten
verkleinwoord datajournalistje datajournalistjes

Zelfstandig naamwoord

de datajournalistm

  1. een journalist die zich bezig houdt met vaak grote hoeveelheden gegevens en de betekenis hiervan
    • De datajournalist analyseerde de gegevens. 
Verwante begrippen