Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cu·ra·tri·ces
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de curatricesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord curatrice
  2. meervoud van het zelfstandig naamwoord curatrix
     Van gedachte werd ook gewisseld over de positie der weeskamers als curatrices in faillissementen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron Conferentie van Handelsvereenigignen. De vergadering te Semarang in: De Locomotief, jrg. 79 nr. 259 (11 november 1930), De Groot, Kolff & Co, Samarang, p. 10 kol. 4