cristallitis
- cris·tal·li·tis
- afgeleid van het Latijnse crystallum met het achtervoegsel -itis [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cristallitis | - |
verkleinwoord | - | - |
cristallitis
- (medisch) ontsteking van ooglens
- Het woord 'cristallitis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.