Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • cor·te·jo
enkelvoud meervoud
cortejo cortejos

Zelfstandig naamwoord

cortejo m

  1. gevolg, lijfstoet
  2. optocht
  3. hofmakerij
  • cortejo fúnebre
rouwstoet
Synoniemen

Verwijzingen

Werkwoord

vervoeging van
cortejar

cortejo

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van cortejar