concatenerende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·ca·te·ne·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | concateneren |
concatenerende
- verbogen vorm van concatenerend, het onvoltooid deelwoord van concateneren
Gangbaarheid
- Het woord 'concatenerende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.