samenwerkingsvormen:

landbouwmachines:

  • samenwerkingsvormen: com·bi·nes
  • landbouwmachines: com·bines

de combinesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord combine (in beide betekenissen)


combines

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) combine

combines mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord combine


combines mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord combine


vervoeging van
combinar

combines

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van combinar
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van combinar