campionissimo
- cam·pi·o·nis·si·mo
- uit het Italiaans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | campionissimo | campionissimo's campionissimi |
verkleinwoord |
de campionissimo m
- de kampioen der kampioenen
- ▸ Jean Nelissen over de status van 'campionissimo' Fausto Coppi[2]
- ▸ Il campionissimo: Coppi is een van de succesvolste wielrenners uit de geschiedenis. Hij won in de jaren veertig en vijftig onder meer vijf keer de Giro d'Italia, twee keer de Tour de France, Parijs-Roubaix, Milaan-Sanremo en het WK op de weg.[3]
- ▸ In 1952 werd Alpe d'Huez voor het eerst beklommen in de Tour. Fausto Coppi won, dat jaar boekte Il Campionissimo zijn tweede en laatste Tourzege. Pas in 1976 gingen de renners er weer omhoog, waarna de Alpencol tot halverwege de jaren negentig bijna jaarlijks op het programma stond.[4]
- Het woord campionissimo staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ campionissimo op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Jean Nelissen over de status van 'campionissimo' Fausto Coppi” (Dinsdag 26 maart 2019, 11:46), NOS
- ↑ Weblink bron “Legendarische Fausto Coppi geëerd met naamsverandering geboortedorp” (Dinsdag 26 maart 2019, 11:53), NOS
- ↑ Weblink bron “Bergkoning Van Impe betreurt dat Alpe d'Huez op zijn erelijst ontbreekt” (Donderdag 19 juli 2018, 09:37), NOS