calibre m

  1. (spreektaal) pistool, blaffer
    «Si tu veux sauver ta peau, prends un très gros calibre
    Als je je huid wil redden, neem dan een flinke revolver. [1]


  • ca·li·bre
enkelvoud meervoud
calibre calibres

calibre m

  1. (werktuigbouwkunde), (motortechniek) boring
vervoeging van
calibrar

calibre

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calibrar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calibrar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calibrar