• bui·ten·ten·ten

de buitententenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord buitentent
     Naast de bungalowtent wordt getracht nieuwe modellen te brengen, die het voordeel van de bungalowtent, de luifel, zo goed en zo kwaad als het kan overnemen. Gewone tenten dus, die met ruime buitententen in de figuur van luifels worden overkapt.[1]
  1.   Weblink bron “Amsterdam van dag tot dag : Ruimteschip, kuiken, hekmotor, stokloze tent, zelfsluiter.” (22 maart 1963) op nrc.nl