• bru·na·tryg·gin·gar
  • IJslandse zelfstandignaamwoordsvorm met het achtervoegsel -ing en met de woorduitgang -ar
Naar frequentie zeldzaam

brunatryggingar

  1. genitief onbepaald vrouwelijk enkelvoud van brunatrygging

brunatryggingar

  1. nominatief onbepaald vrouwelijk meervoud van brunatrygging

brunatryggingar

  1. accusatief onbepaald vrouwelijk meervoud van brunatrygging