• brouil·les

de brouillesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord brouille


brouilles mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord brouille
vervoeging van
brouiller

brouilles

  1. tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van brouiller
  2. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van brouiller