• boet·pre·di·ca·ties

de boetpredicatiesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord boetpredicatie
     Veel van de stukken die hij in Parijs schreef zou je monologen tegen het vaderland kunnen noemen, boetpredicaties of banvloeken.[1]
  1.   Weblink bron “De zanger van de wrok: Willem Frederik Hermans biografie deel 2” (2015), Uitgeverij De Bezige Bij b.v., Amsterdam, ISBN 9789023488682, hfst. VII-2 Werken