Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boer·tjes

Zelfstandig naamwoord

de boertjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord boer
Uitspraak
Woordafbreking
  • boert·jes

Zelfstandig naamwoord

de boertjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord boert

Gangbaarheid